donderdag 14 juli 2016

Vragenlijst huiswerk maken


HUISWERK

Hoe leer jij het liefst? Kies steeds de zin die het beste bij jou past.

__________________________________________________________

r  Dingen die ik in mijn boek lees onthoud ik het beste

r  Dingen die mijn docent aan mij uitlegt onthoud ik het beste

__________________________________________________________

r  Ik leer dingen het best als ik ze hardop lees en dan in mijn eigen woorden navertel

r  Ik leer dingen het beste als ik ze in mijn eigen woorden aan iemand anders vertel

r  Ik leer gemakkelijker als ik de tekst van mijn leerboek inspreek op mijn telefoon of mp3-speler en dan afluister

__________________________________________________________

r  Ik kan mijn aandacht beter bij de tekst in een boek houden als er plaatjes bij staan

r  Ik kan mijn aandacht beter bij de tekst in een boek houden als er geen plaatjes bij staan. Door plaatjes word ik afgeleid

__________________________________________________________

r  Ik kan beter leren voor toetsen als ik op internet dingen opzoek die er mee te maken hebben

r  Ik kan beter leren voor toetsen van praktijkvakken als ik de dingen die ik op school doe, thuis ook oefen

__________________________________________________________

r  Ik kan beter leren als ik bij alles wat ik lees bedenk wat ik er aan heb of wat ik ermee kan doen

r  Ik leer gemakkelijker als de docent schema’s tekent of plaatjes laat zien als hij/ zij dingen uitlegt

r  Ik leer het makkelijkst wanneer ik iets kan uitproberen en doen

__________________________________________________________

r  Ik werk het liefst met anderen samen omdat ik de dingen die ik moet leren beter begrijp als ik zie hoe zij ze doen

r  Ik werk het liefst alleen

r  Ik vind het leuk om zo nu en dan samen te werken, maar meestal werk ik liever alleen.

Huiswerk, we moeten het er toch even over hebben. Waar, wanneer en hoe maak jij je huiswerk? Kruis de hokjes aan die het beste bij jouw manier van huiswerk maken passen.


Wanneer maak jij je huiswerk?

r  Ik maak mijn huiswerk op de dag dat ik het op krijg

r  Ik maak mijn huiswerk op de middag of avond voordat ik het af moet hebben

r  Ik maak mijn huiswerk niet op de dag dat ik het krijg, maar ook niet op de laatste dag

r  Als ik thuis kom, kijk ik eerst welk huiswerk ik moet maken voor ik andere dingen ga doen

r  Als ik thuis kom ga ik eerst leuke dingen voor mezelf doen. Daarna kijk ik welk huiswerk ik moet maken

r  Als ik thuis kom wil ik me eerst even ontspannen. Daarna begin ik aan mijn huiswerk


Waar maak jij je huiswerk?

r  Ik maak mijn huiswerk zoveel mogelijk in tussenuren en pauzes op school

r  Ik maak mijn huiswerk samen met mijn vrienden en vriendinnen op school

r  Ik maak mijn huiswerk op mijn eigen kamer

r  Ik maak mijn huiswerk in de woonkamer. Dat vind ik gezellig

r  Ik maak mijn huiswerk _______________________________


Hoe maak jij je huiswerk?

r  Ik begin met het huiswerk voor de vervelendste vakken

r  Ik begin met het huiswerk voor de leukste vakken

r  Ik begin met leerwerk voor woordjes en toetsen

r  Ik begin met maakwerk

r  Ik maak mijn huiswerk met een computer in de buurt. Die gebruik ik om teksten te typen, samenvattingen te maken en dingen die ik niet begrijp op te zoeken

r  Ik maak mijn huiswerk met een computer in de buurt waarop ik via sociale media kan overleggen met anderen als ik iets niet begrijp

r  Ik maak mijn huiswerk met zachte muziek aan

r  Ik maak mijn huiswerk met de tv zachtjes aan

r  Ik maak mijn huiswerk met de tv/ muziek best wel hard aan.

BREINGEHEIMEN

Je hersenen zijn het meest wonderlijke en ingewikkelde deel van je lichaam. Je kunt er mee denken en ze regelen alles wat er in je lichaam gebeurt. Je kunt ze vergelijken met een computer. Alleen is er geen computer die zo snel en zulk moeilijk werk kan doen.

Tegenwoordig wordt er veel onderzoek gedaan naar hoe de hersenen werken. Uit hersenonderzoek wordt bijvoorbeeld duidelijk hoe ze het beste informatie opnemen en onthouden. Als je daar op inspeelt tijdens het leren, gaat het gemakkelijker en sneller.

Om te begrijpen hoe je hersenen leren is het belangrijk een klein beetje te weten hoe ze werken. Daarom beginnen we daarmee. Je moet tenslotte toch een beetje weten wat er allemaal gebeurt ‘daar boven’.



Zo ontzettend veel…

Je hersenen wegen ongeveer anderhalve kilo en bestaan uit ongeveer 86 miljard neuronen. Het is moeilijk voor te stellen hoe veel dat er zijn!

Ontvangen en doorgeven graag!

Neuronen worden ook wel zenuwcellen of hersencellen genoemd. Ze kunnen berichten ontvangen en doorgeven. Je kunt ze je voorstellen als het 4G-netwerk van je lichaam, waar de hele dag Whatsapp-berichtjes over en weer verstuurd worden. Je neuronen geven namelijk pijlsnel berichten door via elektrische impulsen aan andere neuronen.

Dat onderlinge whatsappen wordt ook wel ‘vuren’ genoemd. Als je wilt dat je benen gaan lopen dan sturen je neuronen een berichtje naar de spieren in je benen die dan gaan bewegen.

 



Breinbreker

Hieronder staan tien zinnen. Telkens ontbreekt een woord. Zoek in de tekst het juiste woord en vul in.

1.      Ander woord voor zenuwcel: ____________________________.

2.      Je hebt ongeveer 86 ____________________________ neuronen.

3.      Een neuron geeft  ____________________________ door aan andere neuronen.

4.      Een neuron geeft berichten door via  ____________________________ impulsen.

5.      Je hersenen  ____________________________ zich door te leren.

6.      Door leren ontstaan er ____________________________ tussen neuronen.

7.      Hoe meer je leert, hoe ____________________________ verbindingen er tussen neuronen ontstaan.
 
8.      De dingen waar je ____________________________ aan geeft bepalen welke verbindingen er in je hersenen ontstaan.

9.      Ook door de ____________________________ die je maakt heb je invloed op de verbindingen die ontstaan in de hersenen.

10.  Dit doen je hersenen met verbindingen die je niet gebruikt: ___________________________.